vrijdag 21 juni 2013

BEDE

De storm is inmiddels wat gaan liggen, maar twee maanden geleden was ‘Leve de koning’ op ieders lippen. Het Genootschap Onze Taal deed nog eens uit de doeken hoe het ook alweer zat met deze aanvoegende wijs, naar aanleiding van de prangende vraag of het ‘Leven de prinsesjes’ moest zijn.

Zelf werd ik als kind al vroeg geconfronteerd met deze zacht stuiterende wensvorm. Mijn grootvader placht de warme maaltijd af te sluiten met het volgende dankgebed:
‘O Heer, wij danken U van harte
voor nooddruft en voor overvloed.
Waar menig mens eet brood der smarte,
hebt Gij ons mild en wel gevoed.
Doch geef dat onze ziele niet aan dit vergank’lijk leven kleve,
maar alles doe wat Gij gebiedt
en eind’lijk eeuwig bij U leve.’

Als kleuter op de schoot van mijn moeder was ik diep onder de indruk van dit gebed. ‘Wij danken u van harte’ begreep ik nog, maar vervolgens kwamen er een hoop moeilijke en ontzagwekkende woorden: nooddruft, menig, brood der smarte.
En dan kwam die prachtig ritmische wens, een onbegrijpelijke reeks knikkende klanken: onzeziele, klukleve kleve, gijgebiet, eindlijk eeuwig bijuleve. Zei ik dan ‘Amen’ na een zachte por van mijn moeder? Ik geloof het niet. Na het amen van mijn opa zeiden we allemaal: ‘Wel mag ’t u bekomen.’ Ook een mooie wens, maar niet zo archaïsch vormgegeven als opa’s gebed.

Een erg goed idee trouwens, om in de aanvoegende wijs een toonloze lettergreep te laten volgen op de stam (alleen bij ‘doe’ heeft dat geen zin). Zo geef je net iets meer nadruk aan je wens, zonder al te drammerig over te komen. Het is alsof je het woord met een zachte naschok laat landen.
Ik denk dat mijn grootvader dat ook verkoos boven de meervoudsvorm, waarbij volgens Onze Taal achter elke ‘e’ een ‘n’ zou moeten worden geplakt. Dan zou het zijn: ‘zielen… leven kleven’, ‘alles doen’ en ‘bij U leven.’ Al die verbindende tussen-‘n’-nen geven toch veel minder een gevoel van urgentie.

De aanvoegende wijs blijve nog lang in ere!

dinsdag 11 juni 2013

TAALCONSUMPTIE


Taal is een prachtig levend medium dat met maatschappelijke ontwikkelingen meegroeit. Over sommige ontwikkelingen maak ik mij zorgen of zelfs kwaad. In mijn blogs probeer ik daar met ironie op te reageren, maar dat lukt niet altijd. Veel ontwikkelingen waar ik mij zorgen over maak zijn gebaseerd op het Angelsaksische economische model, waarin consumptie de motor is van het menselijk verkeer. Jij biedt iets (een product, een gevoel) dat ik kan gebruiken. Het profijt is het leidende principe van het contact, niet de belangstelling.

Ook de taalgebruiker kan zich als passieve consument gedragen en dat weten opinie- en reclamemakers heel goed. Taal is dan een enorm supermarktassortiment dat zodanig in de schappen is gerangschikt dat de consument het lekkerste woord het eerst kiest. Het lekkerste woord is vaak één op één uit het Amerikaans vertaald met als resultaat een opgefokt soort taal, die dynamisch zelfbewustzijn suggereert.

Columnist Ton den Boon, tevens hoofdredacteur van de Dikke Van Dale, wijdde het afgelopen weekend zijn column in Trouw aan het fenomeen ‘de pijn pakken’.  Volgens Den Boon hebben we deze uitdrukking afgekeken van het Engels, waaraan we ook ‘je verlies pakken’ danken. Hij wijst er fijntjes op dat ‘je verlies accepteren’ je tot een loser maakt, maar ‘je verlies pakken’ tot een winner. Je pijn pakken: het bekt lekker en het klinkt stoer en zelfbewust. Dus wordt deze uitdrukking steeds meer geconsumeerd, zoals ook Den Boon constateert, die hem optekende uit de mond van VVD-leider Halbe Zijlstra.

Zelf stuitte ik kort geleden op een ander voorbeeld van zo’n “lekkere” vertaling. Ik wilde op mijn i-phone onder ‘Wi-Fi’ de koppeling aan het netwerk van mijn modem onderzoeken. Om die koppeling ongedaan te maken verscheen de optie: ‘Vergeet dit netwerk.’ Vergeet? Waarom staat er niet gewoon ‘Schakel dit netwerk uit’? Zo klinkt het wel heel erg blasé: ‘Dat netwerk kan je vergeten. (Gebruik nu netwerk X!)’. Hier kon ik even de ironie niet van inzien. Ik wil graag als een volwassen gebruiker aangesproken worden, niet als een verveelde consument.

Ik ben heel erg voor spelen met taal, voor het onderzoeken van taal op alle lagen die erin schuil gaan. Taalgebruik heeft een geschiedenis, er ligt vaak een mensbeeld aan ten grondslag. Niet dat het daarom onveranderlijk zou zijn, maar het lijkt mij wel een goede zaak als je je bewust bent van dat mensbeeld.